Amahoela

“Je moet om hulp gaan vragen”
Zegt ze tegen me.

“We hebben het ook in je signaleringsplan gezet en het is nu van belang dat je ernaar gaat handelen”.

Het is een met empathie gevuld sentiment, maar toch begint er weer een ongemakkelijk lachje rond mijn lippen te spelen.
Ik gebruik mensen namelijk wel eens; voor de afleiding die ze kunnen bieden, de stevige schouder waar ook ik mijn tranen in mag drogen of voor de dingen die ik vermoeid niet meer zelf kan; wasjes, avondeten.

Maar om me nou volledig kwetsbaar op te stellen en te zeggen: ik heb je nodig, help me.
Roept toch een groot gevoel van: ja dag. Amahoela.
Of schatergelach op. Ik weet namelijk niet hoe.

Wel dat het nodig is, belangrijk is, wel dat ik zonder steeds iets kleiner word. Ik weet niet hoe ik mezelf aan iemand bloot moet geven, met de tere stukjes aan de oppervlakte. Hoe ik het van ze kan vragen, accepteren, maar ook hoe ik omgaan moet met de afwijzing die niet bestaat, maar wel wordt gevoeld wanneer een ander niet in die positie is om hulp te bieden.

Dus let ik op hun grenzen. Hou ik rekening met het eventueel druk zijn, slecht voelen, en loop ik er stiekem zelf net zo hard voor weg. Slaak ik opgeluchte zuchten en zink ik vervolgens nog verder de drek in.

Ik heb hulp nodig, ik heb handen nodig die reiken en de deurbel die zich niet stilhoudt.
Maar ik moet het nog steeds leren accepteren, toe te laten, aan te grijpen. Ik moet nog steeds leren luisteren en, ik weet nog steeds niet hoe.

“Je bent dapper, moedig…wat kan er nog meer over gezegd worden?”.

Maar ik voel me een lafaard.


Kus van de

MUS.

Vorige
Vorige

Veilig

Volgende
Volgende

Pas op jezelf